Moord en doodslag in Oostzaan, Nederland 1919

De moord op Dirk van Leeuwen in het Oostzanergat.

   Het revisieverzoek van Willem Visser die destijds wegens moord tot 20 jaren gevangenisstraf werd veroordeeld roept weer herinneringen te binnen aan deze afschuwelijke zaak die zooveel beroering in den lande verwekte, lezen wij in „De Telegraaf”.

Dit is de aanhef van een krantenartikel dat op 30 november 1932 verscheen in De Sumatra Post, een Nederlandstalige krant die in de periode 1889-1942 verscheen in Medan, voormalig Nederlands Indië, inmiddels Indonesië. Na 13 jaar rakelen de couranten deze zaak nog een flink op en wel tot in de uiterste uiteinden van ons koninkrijk, het mag dan ook wel een van de afschuwelijkste moorden in onze contreien genoemd worden.

   Op 13 Mei 1919 stond in het politierapport dit eene simple zinnetje: Een bankinstelling aan de Heerengracht is opgelicht voor een bedrag van f 760.
   Op 13 Mei verscheen een oproeping van de politie, waarin de politie van het bureau Muiderpoort verzocht bekend gemaakt te worden met de verblijfplaats van Dirk van Leeuwen, oud 13 jaren, kantoorbediende, die op 10 Mei zijn kantoor aan den Nieuwezijds Voorburgwal had verlaten en sindsdien spoorloos verdwenen was.
   Deze mededeelingen vormden de ouverture van het drama. Het onderzoek werd opgedragen aan commissaris A. Heeroma, chef van het bureau Sint Pietershal, een zeer scherpzinnig speurder, die draad voor daad de afschuwelijke gebeurtenissen ontrafelde. In den beginne zag de politie zich door tal van moeilijkheden omringd. Het was bijna niet aan te nemen dat er schurken waren geweest, die om een bedrag van f 760 in handen te krijgen een jongen hadden gedood. Men dacht dat het knaapje Van Leeuwen wel weer ergens zou op duiken. Dat gebeurde niet en op 16 Mei werd het lijkje uit het Oostzanergat opgevischt. Moord, doodslag in Oostzaan, Nederland 1919. De moord op Dirk van Leeuwen in het…
Het Oostzanergat, waar de moord plaatsvond. Bij het kruis is waar de moordenaar Visser, de jonge Dirk van Leeuwen onder water hield 

   In den avond van 16 Mei is naar het bureau Warmoesstraat overgebracht het lijkje van den 13 jarigen Dirk van Leeuwen. De knaap, wonende in de Vrolikstraat, was reeds enkele malen door de politie als vermist gesignaleerd, alle nasporingen waren echter tevergeefs. Gisteravond is het aan het einde van den Noordelijken IJpolder in het z.g. Oostzanergat opgehaald, eerst naar de Warmoesstraat en vandaar naar de drenkelingenbarak op de oude Westerbegraafplaats overgebracht. 
image
Het Oostzanergat was een onderdeel van Zijkanaal I

   Hedennamiddag achtte de politie van het bureau Singel noodzakelijk, dat er gerechtelijk beslag op werd gelegd. Het is daarna getransporteerd naar het schouwlokaal in het Wilhelminagasthuis. De gerechtelijke schouwing houdt verband met het vermoeden, dat hier misdaad in ’t spel is, aldus het Hbld.

   Dirk van Leeuwen was het, die eenige dagen geleden aan de Amsterdamsche Handelsbank een kwitantie van f 760 aanbood, hem ook uitbetaald, die later bleek valsch te zijn. Op de kwitantie stond, in India-rubberstempelopdruk „Betaalbaar gesteld bij de Amsterdamsche Handelsbank”, dan geschreven met onleesbare hand „Mei 1919″, en daaronder een niet te ontcijferen handteekening. Het onderzoek naar dit geval bracht aan het licht, dat Dirk van Leeuwen de kwitantie had aangeboden op verzoek van twee heeren.

   De politie was reeds bekend met het feit, dat iemand bij de Amsterdamsche Handelsbank een valsche kwitantie had gepresenteerd en dat de stempel die daarvoor gebruikt was, bij een stempelsnijder in de Amstelstraat was besteld. Zoo kon op 17 Mei een 19-jarige kantoorbediende gearresteerd worden. Andere aanwijzingen waren zeer bezwarend voor bovengenoemden Willem Visser, een behanger, die tot dusverre achter de schermen was gebleven. Moord, doodslag in Oostzaan, Nederland 1919. De moord op Dirk van Leeuwen in het…Onder die aanwijzingen viel ook een verklaring van den ex-kantoorbediende, die eenige dagen na zijn arrestatie bekende, op aandringen van Visser, het knaapje Van Leeuwen aangezet te hebben het geld aan de bank te innen.

Rechercheur Heertje Klein die Willem Visser arresteerde en verklaarde dat hij nog nooit zo’n liederlijk en gemeen karakter ontmoet had.

   Visser, die met de moeder van den ex-kantoorbediende zou trouwen, schijnt een zeer sterken invloed op zijn toekomstigen zoon te hebben gehad. In dit proces was telkenmale die invloed merkbaar.   Nadat het geld was geïnd, moet het knaapje Van Leeuwen in een roeibootje meegelokt zijn naar het Oostzanergat en daar is het vermoord.

 

 

Moord, doodslag in Oostzaan, Nederland 1919. De moord op Dirk van Leeuwen in het… 
De mede-verdachte Dirk Snijder die al bekend heeft, de linkerpols geboeid, door rechercheurs naar de plaats der misdaad geleid, wijst naar de plek des onheils.

   De commissaris van politie in de 1e sectie bericht, dat op 16 Mei 1919 in een doodloopend water, uitkomende op het Oostzaanderkanaal achter het oude Entos-terrein, het lijk is gevonden van Dirk van Leeuwen, 13 jaar, gewoond hebbende Vrolikstraat 445, die sedert Zaterdag 10 Mei  j.l. werd vermist. Vermoed wordt, dat hij op dien dag tusschen 3 en 5 uur te water is geraakt en waarschijnlijk moet hier aan misdrijf worden gedacht.
   Het is daarom van belang te weten of op Zaterdag 10 Mei 1919 tusschen 3 en 5 uur nam. de jongen in gezelschap van anderen is gezien ’t zij op het land ’t zij in een bootje.
   De jongen was lichtblond en gekleed met blauw kamgaren colbertjasje met 2 rijen knoopen, twee buitenzijzakken en één buitenborstzakje, alle drie met kleppen, welke met een knoop gesloten werden. In den rug was een vaste band. Het jasje werd gesloten gedragen. Voorts droeg de jongen een korte blauwe broek, zwarte kousen, hooge schoenen, sportpet, dubbele gummi boord met gebreid dasje.
   De jongen had op dien dag omstreeks half elf uur een kwitantie geïnd, naar hij later aan kameraden mededeelde, voor twee heeren, die hem uitnoodigden te 3 uur op den Dam te komen om een ander kantoor te gaan zien — waar hij een goede betrekking zou krijgen.

   De getuigenissen van verscheidene personen tijdens de behandeling van deze zaak waren vooral buitengewoon bezwarend voor Visser. In dien tijd heetten de „verdachten” nog „beklaagden” en deze beide beklaagden gaven elkaar de schuld. Eenige getuigen hadden drie lieden in het bootje gezien. Visser, diens vriend den ex-kantoorbediende en het knaapje dat even later zoo gruwelijk aan zijn eind zou komen.

Duikers vinden boord en das van het knaapje.

Zooals wij reeds berichtten, werd door den heer O. J. leddervan Ledden Hulsebosch zeer veel waarde gehecht aan het terugvinden van de boord en de das van het jeugdige slachtoffer van den moord in het Oostzanergat. Daartoe gemachtigd door de regeering, heeft de heer Van Ledden Hulsebosch gisteren onder zijn leiding naar deze voorwerpen laten duiken door de firma Engelhard en Zonen te Velseroord. Aangezien het water daar ter plaatse zeer donker is, was op de politieboot, waarop de- duikertoestellen waren geplaatst, ook een batterij voor elektrische stroomlevering opgesteld. Daardoor was het mogelijk de duikers bij nazoeken van den bodem gebruik te doen maken eenige sterke elektrische booglampen.
   De politiescheikundige liet het doodloopende zijkanaal systematisch afzoeken. Daartoe was van den eenen oever naar den anderen een steeds te verplaatsen touw gespannen, waarlangs het onderzoek moest geschieden.    Nadat eerst de oudste zoon van den heer Engelhart drie uur ouder water was geweest, ging na een korte pauze de jongste zoon het trapje af. Ook hij bleef drie volle uren zoeken.
   Al den tijd stond de stichter der firma, de bijna 70-jarige N. Engelhart, op de politieboot, waar hij de toestellen, die den man onder water van versche lucht voorzien, gediende.    duikerOostzanergatToen ook de jongste zoon na drie uur zonder resultaat boven kwam, besloot de oude heer Engelhart zelf nog eens in het duikerspak te gaan. Na een half uur werden op de boot een enige rukken aan het touw gevoeld, toen de oude heer boven water kwam, hield hij in zijn triomfantelijk uitgestrekte hand het boordje en de das van Dirk van Leeuwen.

De nestor van de duikers , de zeventig jarige heer Engelhart krijgt de helm opgezet, terwijl hij zijn duikerspak al aan heeft, om af te zinken in het Oostzanergat in opdracht van de politie. Zijn twee zonen helpen daarmee

   De heer Van Ledden Hulschebosch konstateerde, zooals hij verwacht had, aan den gummieboord een breuk ter plaatse waar de moordenaar het knaapje heeft vastgegrepen toen hij hem het hoofd onder water hield.
OostzanergatDuikrs 
Bekende Amsterdamse zwemmers duiken naar enkele nog vermiste kledingstukken van het slachtoffer

Het bewijsmateriaal stapelt zich op.

Men herinnert zich dat de kantoorbediende Snijders aanvankelijk hardnekkig zijn onschuld, zowel wat de oplichting als wat den moord betrof, bleef volhouden. Maar terwijl de arrestant In zijn cel zat en probeerde de draad van zijn leugenverhaal tot het volgend verhoor vast te houden, deed de recherche haar werk en onthulde het eene na het andere al datgene, wat door den verdachte getracht word in ’t duister zijner, naar hij meende, alleen-wetenschap te houden. Totdat hij vast was geloopen en in tranen uitbarstende zeide alles te zullen zeggen. Wat hij ook heeft gedaan.
VisserWillem
De verdachte Willem Visser zwaar geboeid (links), schertste op de meest cynische wijze over de misdaad

Precies zoo zal het ook gaan met Visser, het individu, waarvan thans onwrikbaar vast staat dat hij Dirk van Leeuwen om het leven heeft gebracht. Nog steeds houdt hij vol bet misdrijf niet te hebben gepleegd en in dit verband ook en vooral, dat bij op den bewusten Zaterdagmiddag niet heelt geroeid. De belangrijke onthulling echter door den Haarlemschen tramkondukteur gedaan, gevoegd bij de verklaringen van zijn medeplichtige Snijders, zullen ook dit beestmensch steeds meer in het nauw drijven. En intussen zijn nieuwe bezwarende getuigen opgestaan en zijn meerdere bijzonderheden bekend geworden, het bewijsmateriaal voor Visser’s schuld stapelt zich al hooger op en het is zoo overstelpend en zóó verpletterend, dat als het hem straks door den politie-kommissarls wordt voorgelegd het schier onmogelijk is dat hij zijn misdaad blijft ontkennen. In ieder geval zal dat hem voor de rechtbank niet weer kunnen baten. Gistermiddag, te laat om er toen nog in ons blad melding van te maken, hebben zich aan de St. Pietershal twee meisjes van omstreeks 12-jarigen leeftijd aangemeld. Zij verklaarden Visser met Dirk van Leeuwen te hebben zien loopen. De man, zoo vertelden zij, had voor een der oogen een zwarten lap en onder dat lapje staken stukjes watten uit. Zij hebben dien man — verklaarden de kinderen — nog nageroepen en uitgescholden. Zij liepen hem een eind na en zagen dat hij met het knaapje in een roeiboot stapte, waarin reeds een andere “meneer” zat. Voorts heelt zich aangemeld de vrouw die Snijders aangeroepen heeft, om den hoepel van haar zoontje uit het water te halen. Zij allen hebben de arrestanten na konfrontatie positief herkend. Moord, doodslag in Oostzaan, Nederland 1919. De moord op Dirk van Leeuwen in het…

De achterkant van het Paleis van Justitie in de Lange Leidschedwarsstraat, waar de ingang van de publieke-tribune is te Amsterdam. De aankomst van de celwagen of boevenwagen, waarin de beide beklaagden Willem Visser en Dirk Snijder van het Huis van Bewaring naar de zitting vervoerd worden, lokte een hevig gesis en gejoel uit.

Het verweer van Visser kwam hierop neer, dat hij beweerde vóór het drama uit het bootje gestapt te zijn. Het geld zou hij van den ex-kantoorbediende in bewaring hebben gekregen en dit heeft hij later gebruikt. Daar lijnrecht tegenover stond de verklaring van den ex-kantoorbediende, die in de moordzaak als getuige optrad, dat toen hij het touw van de boot, die aan den oever van het Oostzanergat lag, vasthield, Visser den knaap met het hoofd onder water had geduwd. 

Een politiehond in aktie.

Door Snijders was verklaard dat Visser, toen hij den knaap het hoofd onder water duwde, boven op den jongen heeft gelegen, daar deze hevig tegenspartelde. Beklaagde Snijder in verband met de moord op Dirk van Leeuwen, 1919.

Het verhoor van mede-verdachte Dirk Snijder, achter het hekje tegenover de president van de rechtbank te Amsterdam

De politie-scheikundlge. de heer Van Ledden Hulsebosch oordeelde nu aldus: Als Visser op het knaapje heeft gelegen, is er lucht van diens kleertjes aan de kleeren van Visser gekomen. Dit kan worden vastgesteld door een politiehond en is van groot belang voor het geval Visser blijft ontkennen den moord te hebben gepleegd. De heer Van Ledden Hulsebosch liet nu de kleertjes van Dirk van Leeuwen komen. In het koetshuis van het hoofdbureau werd het kolbertje van Visser tussen een groot aantal andere colberts van rechercheurs en arrestanten gelegd.

OostzanergatMoordzaakDe moord op Dirk van Leeuwen in het Oostzanergat. De achterkant van het Paleis van Justitie in de Lange Leidschedwarsstraat, waar de ingang van de publieke-tribune is te Amsterdam. In het middaguur, moest er zelfs bereden politie aan te pas komen, om de orde te handhaven

Op 13 Nov. deed de rechtbank uitspraak. De ex-kantoorbediende wien o. a. valschheid in geschrifte was ten laste gelegd, werd deswege veroordeeld tot acht maanden gevangenisstraf. De eisch geweest acht maanden met aftrek van preventieve hechtenis. Als verdediger was opgetreden mr. J. de Vrieze.
   Willem Visser werd schuldig verklaard aan moord en veroordeeld tot 20 jaar. De eisch was levenslang geweest. Vissers verdediger was mr. L. S. G. de Hartog.

Moord, doodslag in Oostzaan, Nederland 1919. De moord op Dirk van Leeuwen in het… 

Van dit vonnis kwam Visser in hooger beroep. Het Hof deed op 14 April van het volgend jaar uitspraak en veroordeel de beklaagde terzake moord, conform den eisch tot 20 jaar gevangenisstraf.
   Op 28 Juni verwierp de Hooge Raad het cassatieberoep en daarna werd van deze geruchtmakende zaak niets meer in het openbaar vernomen.
   Van de hoofdpersonen zijn de rechtercommissaris Van Enthoven en de brigadier rechercheur Heertje Klein, overleden. Commissaris Heeroma heeft sinds eenige jaren den politiedienst verlaten.

MoordLied

Zeker niet ongebruikelijk voor deze jaren was er al snel een lied in omloop waar in kleuren en geuren van de moord werd verhaald.

Bovenstaande reconstructie volgt grotendeels de verslaggeving uit de periode 1919 tot 1937. Een “andere” tijd, maar in vele opzichten toch ook weer niet zo heel anders als het heden waar verslaggeving rond misdadigers of vermeende criminelen ook vaak leidt tot veroordeling zonder rechtspraak. De pers gaat ver en soms te ver of niet ver genoeg al naar gelang de persoonlijke of publieke opinie.
De betrokkenheid van Oostzaan was in dit geheel beperkt tot de locatie Oostzanergat, toen nog op het grondgebied van Oostzaan, nu reeds heel lang Amsterdam-Noord. Oostzaners hadden part noch deel aan deze affaire, slechts een toevallige of geïnteresseerde passant uit Oostzaan zou wellicht op een foto kunnen voorkomen. Toch vinden we deze misdaad voor altijd terug als “Moord en doodslag in Oostzaan”.

samenstelling en reconstructie Joop Giesendanner
© Stichting Oudheidkamer Oostzaan

bronnen:
<Het volk: dagblad voor de arbeiderspartij 4-05-1919, Dag >
<Het Centrum Datum, editie: 21-05-1919, Dag>
<Het volk: dagblad voor de arbeiderspartij 24-05-1919, Dag>
<De Sumatra post Datum, editie: 02-07-1919, Dag >
< Het volk : dagblad voor de arbeiderspartij Datum, editie: 13-11-1919, Dag>
<Het Vaderland: staat- en letterkundig nieuwsblad Datum, editie: 14-04-1920>
< De Sumatra post Datum, editie: 30-11-1932, Dag>
<Straatliederen van het Meertens Instituut , de Koninklijke Bibliotheek>
<Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië Datum, editie: 13-03-1937, Dag>

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.