060929 – overstroomd

Wegens overweldigende belangstelling geprolongeerd…
Avond rond “De Watersnood van 1916”

Eén van de vele evenementen die de Oostzaanse Oudheidkamer dit jaar in het kader van haar 25-jarig bestaan organiseerde, was een speciale avond rond de Watersnood van 1916.
Deze avond werd gehouden op dinsdag 26 september jl., in Evean/Lishof te Oostzaan.

Zoals wij al enigszins hadden verwacht, was de belangstelling voor de presentatie van Jan de Waal over de Watersnood van 1916 overweldigend. De aanmeldingen stroomden letterlijk binnen. Helaas is de capaciteit van de grote zaal in Evean/Lishof echter beperkt tot ca. honderd personen. Omdat de aanmeldingen dit aantal ver overschreden, heeft het bestuur van de Oudheidkamer besloten een tweede avond te organiseren. Deze zal plaats vinden op maandag 9 oktober a.s., wederom in Evean/Lishof (Lisweg 253 in Oostzaan). Aanvang: 20.00 uur, de zaal is geopend vanaf 19.30 uur.

Voor deze avond zijn nog beperkt plaatsen beschikbaar.
Indien u deze avond wilt bijwonen, neemt u dan even zo snel mogelijk contact op de Oudheidkamer Oostzaan per e-mail (ohk@cvoo.nl).
Maar… VOL= VOL.

060928 – sudderen

HerinneRing o03364

Ik heb het even opgezocht in een kookboek:
SudderenVlees garen op laag vuur of reeds gegaard vlees op laag vuur laten staan.
(Niet dat ik niet wist wat het was, maar je kan ook irritaties laten sudderen en dat bedoel ik hier niet.)
Toch ben ik met die omschrijving niet helemaal gelukkig. Het is te eenvoudig, want sudderen WAS meer. Sudderen was oma. Sudderen was “de hele dag” of althans een groot deel daarvan. Sudderen was het petroliestel. Sudderen was de (bij)keuken en dan met name een hoekje van het aanrecht. Sudderen was een kunst, want wie die truc niet goed knijste, zat al snel met een zwart plafond. Nooit smaakte stoofvlees meer zo goed, alle moderne technieken ten spijt. En dan: die lucht! Dat is een HerinneRing met een hoofdletter.

060927 – Al gezien

HerinneRing 04031

Brengen geluiden of geuren soms herinneringen op gang, beelden hebben wel eens een heel ander effect. Dat heb ik al eens gezien of zoals de Fransen zo prachtig zeggen: Déjà Vue. Het heeft iets extra’s, natuurlijk kunnen het gewoon herinneringen zijn aan een moment van vroeger. Heel af en toe is het ook absoluut onmogelijk, want wat je herkent, KAN je helemaal niet herkennen. Je bent er nog nooit geweest of het is van ver vóór jouw tijd. En toch is het vertrouwd, je WEET wat er om de hoek is of over gindse heuvel. Zover ging het in dit geval niet. Ik (her)kende dit beeld gewoon omdat ik al had gezien in het beeldarchief van de oudheidkamer. Maar er lag wel een héél leven tussen. Toen dit plaatje geschoten werd, waren mijn genen aan het beslissen of het een jongetje of een meisje werd, mijn moeder was in blije verwachting.
Nog niet geboren, toch gezien.
Twee keer.

060926 – in een flits

HerinneRing 07380

Heb u dat nou ook?
Je bent ergens met iets heel anders bezig en plotseling is daar die geur. Onmiskenbaar. Herkenbaar. De tijd lijkt te stoppen en wat je op dat moment ook doet, je gedachten dwalen direct naar “dat luchie”, het heden staat even stil en het denken schakelt in zijn achteruit.
Beelden van vroeger verschijnen en om het te illustreren:
je waant je weer heel even in de keuken bij oma, waar het vlees al een halve dag staat te pruttelen op een petrolie-stel.
Geluiden lijken ook zo te werken. Hoor ik ergens het klepperen van paardenhoeven, dan komt razend snel de schillenboer met zijn ketje aan me voorbij. Ik MOET ook kijken en als je dan toevallig ook een fototoestel in je handen hebt, dan zie je thuis eigenlijk pas wat er in werkelijkheid aan je voorbij ging: Oostzaan anno 2006.

090625 – over de schouder

HerinneRing 07374

Regelmatig kunnen we constateren dat er druk over onze schouder wordt meegekeken. Dat is goed, dat willen we graag, want we hebben zeker niet alle wijsheden in pacht. We doen ons best, dat wel, maar desondanks gaat er wel eens iets mis. En dan zijn daar steevast onze lezers, ze kijken mee, denken mee, schrijven mee en daardoor kunnen we snel de missertjes herstellen.
Onlangs spraken we over de boerderij gelegen tegenover de Superphosphaatfabriek in de veronderstelling dat in die omgeving de gebouwen A134 t/m A136 zouden hebben gestaan.
Gelukkig komt daar dan een oplettende lezer om de hoek en toont aan dat dat niet mogelijk is, want dat stuk van polder VIII is NIMMER Oostzaans grondgebied geweest. Slechts het noordoostelijk deel waar ik Oostzaans gebied in heb gezet is tot de stippellijn en niet later dan 1921 van Oostzaan geweest. De Kock woonde dus altijd in Amsterdam en dus ook zeker niet ergens in A134 t/m A136.
Dat moet zich hebben bevonden in het gebied bij Zijkanaal H ten zuiden van het al oudere buitendijkse land met de alles zeggende naam “Graan voor Visch”.

060924 – oog in oog

HerinneRing 07376

… met de haan van Oostzaan.

Dat zullen we zelden of nooit meer meemaken.
Tijdens de demonstraties van de brandweer afgelopen zaterdag was er een unieke gelegenheid om oog in oog te komen met het haantje op de kerk.
Op 30 meter hoogte kon dit plaatje geschoten worden van de Grote Kerk en het nieuwe gemeentehuis in het centrum van ons dorp.
Gestaag gaat de bouw daarvan naar zijn finale en zo het er nu naar uitziet zullen we vanaf begin 2007 dit gebouw in gebruik nemen.
Even was er schrik in het afgelopen jaar bij een relatief klein brandje op de bovenste verdieping, we hopen oprecht dat de rode haan zich er niet meer mee bemoeit.

060923 – eigen haard

HerinneRing 01775

…. is goud waard

Dat zegt het gezegde, maar het was letterlijk inkomen voor de Oostzaanse vroede vaderen.
In de 17e eeuw inde men belastingen op basis van de “Heerdtsteden” en in 1644 werd een kohier (=register) aangelegd van 1163 haardsteden en schoorstenen. Stoken was natuurlijk belangrijk voor alle huishoudens voor de verwarming in de winter en voor het koken van de dagelijkse kost. Dat zal niet veel soeps zijn geweest, want slechts minder dan de helft, namelijk 498 worden daadwerkelijk aangeslagen.
Daartussen was onder andere een “olijmolen opt’weer”, een soort molen of althans een opvolger daarvan, waarvan er ook in de twintigste eeuw nog een dienst deed.

Een sterk staaltje.

060922 – blauw land

Polder VIII

Ooit kende ons dorp een tijd waarbij je, het Zuideind volgend, op de dijk kwam en daar walvissen kon bewonderen, die door Oostzaanse vissers waren gevangen in de noordelijke wateren. Bezuiden die dijk was water, veel water, zout water. Inpoldering maakte daar een eind aan en allengs werd blauw, grauw en vervolgens groen.
Polder VIII is daar een voorbeeld van en het nieuwe grondgebied wordt in 1877 van Oostzaan, om vervolgens in 1921 in de “zakken” van Amsterdam te verdwijnen. Het gebied is dan reeds lang bewoond en uit overlevering kennen we inmiddels de straatnaam Melkweggetje, wellicht nooit officieel maar wel in de volksmond.
Op deze oude kaart zien we Middenweg als naam, gelegen recht tegenover de Superphosphaatfabriek.

Langs deze weg stonden boerderijen, in 1879 waren daar 5 bewoonde huizen met 6 gezinnen, dat liep op tot een maximum van 25 bewoonde huizen in 1909 en loopt dan weer drastisch terug tot 3 in 1920, toendertijd bekend onder A134 t/m A136. Een van deze huizen werd bewoond door Charles Louis de Kock en zijn echtgenote Trijntje Bleeker. De vraag, waar we een antwoord op zoeken voor één van onze lezers is het exacte nummer van hun boerderij.

060921 – Blaauw ter zee

HerinneRing 05425

Traan te Oostzaan. Nee, we plengen ze niet, we koken het. Althans dat deed men enkele eeuwen geleden. Aangenaam was dit niet, want het stonk behoorlijk, vandaar dat de traankokerijen buiten het dorp stonden. Menig Oostzaner verdiende daar zijn ongetwijfeld schamel inkomen en anderen zorgden voor de aanvoer door zich met de walvisvaart bezig te houden.
Grofweg waren er twee keuzen voor wie op zee zijn inkomen wilde verwerven:
Lange reizen gekoppeld aan de handel, VOC, WIC, maar wie zo af en toe ook eens thuis wilde zijn, koos voor haring- of walvisvangst.
Een enkeling oefende dat beroep nog uit tot ver in de twintigste eeuw, maar toen waren de traankokerijen natuurlijk allang verdwenen.
Legendarisch in dit verband is natuurlijk het Nederlandse schip de Willem Barendsz, waarop Arie Blaauw zich hier in 1948 laat vereeuwigen voor een pas gevangen walvis. Hoe het ging in de 16e en 17e eeuw leest u in onze nostalgische Jol.
…. lees verder in de Jol.
Het hele artikel vindt U natuurlijk in de Jol, die de oudheidkamer dit jaar als extraatje heeft verspreid onder alle donateurs. Een beperkt aantal van deze Jubileum Jol is te verkrijgen in de losse verkoop, een digitale versie is te downloaden voor onze digitale donateurs.

060920 – blauw in de lucht

Op een steenworp

Er is weinig voor nodig om je nog even in voorbije eeuwen te wanen. Met deze nazomer- dagen is het heerlijk om de omgeving weer eens vanaf een fietszadel te verkennen. Wie niet de gebaande wegen bewandelt en af en toe eens links- of rechtsaf slaat, omdat je dat nog nooit eerder hebt gedaan, kan ook nu nog voor leuke verrassingen komen te staan.